Pelgrimstocht - Reisverslag uit Tukuche, Nepal van Dick & Ellen Verstegen - WaarBenJij.nu Pelgrimstocht - Reisverslag uit Tukuche, Nepal van Dick & Ellen Verstegen - WaarBenJij.nu

Pelgrimstocht

Door: Dick

Blijf op de hoogte en volg Dick & Ellen

10 November 2007 | Nepal, Tukuche

Toen ik dit schreef was het 28 oktober. Welke dag van de week, dat weten we niet meer. Weer in Chhomrung kijken we terug op twee bergweken die voor ons beiden een pelgrimstocht bleken. Sorry, het ontbreken van internetmogelijkheden heeft onze bijdragen aan onze weblog een beetje vertraagd. Nieuwe bijdragen volgen zo snel mogelijk. Foto's ook.

Een pelgrimstocht kent gewoonlijk een doel en bij ons was dat ABC, het Annapurna Base Camp op bijna 4.200 meter. Het waren tot voor kort voor mij slechts de eerste drie letters van het alfabet. Maar nadat wij vanuit Naya Pul de bergen zijn ingetrokken, worden die letters langzaamaan een steeds indrukwekkender werkelijkheid. Onder het steeds veranderende 'toezicht' van de Machhapuchhare en de Annapura, de twee giganten naar wier voeten wij op weg zijn, beleven wij 1001 kleine en grote avonturen.

Het belangrijkste betreft Lama, onze eerste drager/gids. Hij raakt steeds verder in de ban van een onduidelijke, maar merkbare ziekte en moet ons op de heenweg in Chhomrung verlaten. Het is voor hem en voor ons een tragisch proces van het onder ogen zien van de werkelijkheid, want de kans bestaat dat hij straks niet meer aan de bak komt als drager. Het kan ook zijn dat hij iets ergs onder de leden heeft en dat hij, ondanks onze financiele ondersteuning, te weinig geld heeft er iets fundamenteels aan te laten doen. Een telefoontje met ons reisbureautje in Pokhara resulteert erin dat we de volgende dag al een nieuwe drager hebben: Hom, die in een dag (!) uit Pokhara naar onze lodge in Cchormrung liep (Ellens bijdrage over hem volgt nog). Met hem bereiken wij in een dag of acht ABC.

Eerst trekken we door een regenwoudachtige jungle van een onbeschrijflijke, sprookjesachtige schoonheid. De tocht voert ons door bergkloven waarlangs de Modirivier tot zijn oorsprong komt. En naarmate wij die oorsprong naderen, storten steeds meer soms kilometerhoge watervallen aan beide zijden van de kloofwanden naar beneden, soms overgaande in woeste bergbeken die de rivier voeden. Die wanden leveren een steeds wisselende aanblik: een stokoud, magisch boek met ontelbare beeldpagina's, waarin goud zilver wordt, rood zwart, bruin, geel, oranje. De werking van zon, maan, nevel, mist en wolken, laat ons steeds scherper ervaren wat we wel weten, maar zo vaak ' vergeten': niets in deze schepping is ooit hetzelfde, geen moment.

In de boezem van deze schoonheid is het voor ons wel afzien. Hoewel we langzaamaan doen, moeten ook wij vele honderden meters stijgen en dalen en weer stijgen. De lucht wordt steeds kouder en ijler. De paden zijn meestal goed begaanbaar, maar vergen heel wat van het betere klauterwerk. We logeren in lodges met de meest weidse namen, waarin zich een wonderlijke routine heeft ontwikkeld om de talrijke pelgrims uit de hele wereld naar hun bestemming te helpen. De voorzieningen zijn zo ‘basic’ dat menig westerling ervoor zou terugschrikken.

Voorbij de boomgrens wordt het landschap schraler, maar niet minder fascinerend, integendeel. De kolossale bergmassieven waarheen we ons begeven, komen steeds dichterbij en omgeven ons telkens nauwer in een intimiteit die alleen maar het belang benadrukt niet te snel te gaan. Dit is een vorm van ‘vrijen zonder deadline’ die ons permanent voorhoudt dat we nergens hoeven te komen. Hoezo? Er is toch een doel voor deze pelgrimsgang? Ja, maar dat doel is onophoudellijk verbonden met het in volle bewustzijn ervaren van elke stap, elke tree, elke steen, elk rotsblok, elke boom, elke bamboeliaan, elk vergezicht, elke passant, elke groet: Namaste, ik groet het wezenlijke in jou. De bergen zelf die we opklauteren leveren ons de kracht om verder te gaan. Er is, dagen en dagen lang, alleen maar gaan.

In die gesteldheid komen we dan op 24 oktober in ABC en zien ons omgeven door een niet te evenaren ‘tastbare heiligheid’. We staan in de mooiste kathedraal van de kosmos en het lijkt wel of we de wanden en bogen ervan, vier kilometer boven ons, zo kunnen aanraken. En zo is het ook, maar, zouden wij zeggen, andersom; wij worden geraakt. Op de terugweg blijft dit gevoel bij ons en het doet ons beseffen dat alles wat we tegenkomen deel uitmaakt van deze ‘heiligheid’ .

Intussen zitten we in Tukuche, op weg naar Muktinath, een ‘echt’ pelgrimsoord voor hindoes en boeddhisten. In Tukuche bezoeken we het dental camp, waar de Nijmeegse tandarts Joost van Vlijmen, een vriend van Ellen, elk jaar gratis tandheelkundige hulp aan de bevolking geeft. We slapen er in High Plains Inn, een lodge die bestierd wordt door de Nederlander Patrick Maas en zijn Nepalese vrouw Purna. Zijn bevlogenheid blijkt uit wat hij in Nepal tot stand heeft gebracht, spits en trefzeker beschreven in zijn in eigen beheer uitgegeven boekje Broodjes voor de Boeddha 1). Maar zijn daadkracht en ondernemingslust zoeken steeds nieuwe wegen. Zo wil hij bijvoorbeeld graag meewerken aan de totstandkoming van een internationaal boeddhistisch leer- en meditatiecentrum rond een gompa in het aanpalende dorp Marpha.

Wat Joost in praktijk brengt en Patrick in zijn tweede vaderland voor ogen heeft, doet even sympathiek aan als aan het initiatief van Man Prasad Gurung in Kimrung Danda die we op weg naar ABC tegenkwamen. Hij wil zijn hotel Little Paradise omvormen tot een serie losstaande huisjes waar mensen voor langere tijd kunnen verblijven. Van het geld dat daaruit voortvloeit, wil hij een soort ziekenboeg bouwen waar de mensen een paar dagen en nachten kunnen verblijven die niet in staat zijn weer naar hun huis terug te lopen. Het beroep op hem is groot, hoewel hij ‘slechts’ medical assistant is, maar voor de omringende gemeenschap is hij de ‘local docter’. De nood is zo groot onder de arme bevolking (zwangerschappen, verwondingen, infectieziekten) dat hij de meeste mensen gratis helpt. Dus het geld om zijn medische hulp een structurelere basis te geven moet ergens anders vandan komen. Het enige wat hij tot zijn beschikking heeft is de paradijselijke ligging van zijn hotelterrein.

Er dienen zich in Nepal honderden, duizenden, nee tienduizenden doelen aan om geld te geven of zoals het kan heten: donaties te verstrekken. De meest directe manier is: bedelaar vraagt geld. Het vraagstuk van arm en rijk heeft ons danig bezig gehouden en daarom wijd ik mijn column voor Vorm & Leegte dit keer aan dit onderwerp. De publicatiedatum is pas half januari. Voor de liefhebbers weer een preview:


Bedelen

Het schattige kleine meisje dat bij een tempelcrematie aan de rivier in noord Kathmandhu met schuchtere lachjes toenadering zoekt, blijkt een lieve, geinteresseerde moeder te hebben. Ze sleept een beetje met haar linkerbeen en woont in een hutje tegen de tempel. Ja, ze heeft een ziek been. Voor we het weten, ontbloot ze haar gezwollen onderdaan en een pijlsnel toegeschoten neef produceert rontgenfoto’s van een willekeurig gezond en van haar zieke been. Of we wel zien hoe hulpbehoevend ze er aan toe is. Behandeling is duur. Geen geld voor.

Als wij duizend roepees overhandigen, wat ruim 100 maal meer is dan een gewoon bedelbedrag, dankt ze hartelijk, maar haar gezicht betrekt en neef mompelt iets onverstaanbaars. Ze had op de kosten van de hele behandeling gerekend… plus een taxi naar het ziekenhuis. We gaan met een onvoldaan gevoel naar ons luxueuze Boeddhistische hotel. Onze vuurdoop in verhulde en onverhulde bedelpraktijken hebben we al lang gehad. Waren we er weer ingetuind? Oom Michiel had ons nog zo voorgehouden e e n te zijn met de bedelaars en minder bedeelden die je overal en altijd attakkeren. Ja natuurlijk, maar hoe doen we dat ?

Is het met ‘geven en nemen’ niet zo gesteld, zo houdt de leraar in mij me voor dat wie geeft ook ontvangt en dat wie ontvangt, ook gever is? Hoe kun je dat beleven in een cultuur waar bedelen een vak, een overlevingskunst of en wanhoopsact is, waarbij, als in liefde en oorlog, alles is geoorloofd? En vergeet niet: wij zijn de wandelende dollartekens; zij, vrijwel altijd, de allerarmsten.

Na veertien dagen trekken in de bergen komen we in het Annapurna Base Camp (ABC) ‘oog in oog’ te staan met een majesteit die alles wat ik ooit zag in de schaduw stelt, behalve de zee (altijd weer opnieuw) en de betonnen kathedraal van Royan. Het zijn de bergmassieven van de Annapurna, de Machhapuchhare en nog wat Hymalayareuzen die ons volledig omgeven. En daar tref ik, geheel onvoorbereid, het antwoord op mijn vertwijfelde bedelvragen.

Anatoli Nickolivich Boukreev, een Russische bergbeklimmer, die op een flank van de Annapurna op Eerste Kerstdag 1997 door een lawine werd weggevaagd, zag de bergen niet als etappes om zijn ambitie te bereiken, ‘maar als kathederalen om mijn religiositeit te beoefenen’, zoals een plakkaat op ABC vermeldt. ‘In hun grootse en pure aanwezigheid probeer ik mijn leven te begrijpen en mijzelf los te maken van ijdelheid, gretigheid en angst (..) zie ik mijn verleden, droom ik van de toekomst en ervaar ik met een ongebruikelijke scherpte het huidige moment. Mijn beklimmingen hernieuwen mijn kracht en heldere blik…’

Als we daar staan, onder die prachtig getekende bergketens, ongenaakbaar afstandelijk, aangrijpend betrokken, in zon- of maanlicht, al dan niet door mist of wolken omgeven, buig ik voor de waarheid die zij uitdragen. Die kilometers hoge gevaarten geven en ontvangen zonder een moment van aarzeling of oponthoud, zoals al het bestaande dat naar vermogen doet. Bloemen, planten, bergbeken, ezels, ook mensen, bedelaars. Ze geven en ontvangen in hun bestaan naar vermogen, elk moment van de dag. Dat zien zoals het is, stelt me in staat eindelijk e e n te zijn met het bedelmoedertje met bewegingloos kind op de arm dat de grootste bus melkpoeder uit de supermarkt wil hebben, met het tempelvrouwtje met het manke been en met de oude zieke man die bivak had gevonden op een tempelrichel.

Ik buig mijn hoofd voor Annapurna terwijl er een lawine naar beneden dendert van het soort van Annatoli doodde. Ik buig mijn hoofd voor de wanhoopsnood die mensen hier tot allerhande bedeltrucs aanzet. Ik buig mijn hoofd voor de mogelijkheid te zien dat alles en iedereen mij een spiegel voorhoudt die me in staat stelt mijn eigen ‘imprints’ te doorzien. Alles en iedereen geeft en meet naar eigen vermogen, zoals het is. En dat is inclusief de menselijke gehechtheden en plaatjes.

Goed en niet goed komen zo in en ander perspectrief te staan. Mijn oordelen buigen terug in openheid en maken ruimte voor werkelijk zien, zonder dat ik ooit ontslagen zal worden van de noodzaak mijn eigen keuzen te maken. Wat na deze ervaring rest is dankbaarheid.

Dick Verstegen

1)
vanaf 26 november te koop bij Joost, tel.024-3229501 (12.50 euro exclusief verzendkosten; deel van de opbrengst komt ten goede aan een schoolproject in Tukuche)

  • 10 November 2007 - 15:19

    Hennita Jaspers:

    Lieve Dick en Ellen,
    Zoals jullie geraakt worden door de overweldigende bergen en de nabijheid van de hemel, zo wordt ik weer geraakt door jouw woorden, Dick.
    Ik ben zo dankbaar jullie reis op deze manier te mogen meebeleven.
    Zo'n 14 jaar geleden was ik ook in Nepal en heb net als Ellen een heel sterk verlangen om daar weer terug te keren. Dat zal nog een paar jaar op zich laten wachten, maar nu krijg ik alvast een mooie voorproef.
    Inspirerend zijn jullie ontdekkingen. Hoe doordringen de boeddhistische wijsheden en de werkelijkheid van alledag elkaar.

    Dank, dank, lieve groet voor jullie allebei, Hennita

  • 10 November 2007 - 15:20

    Wanda:

    Wat leuk om te lezen dat jullie Joost hebben ontmoet! Hij was jarenlang mijn tandarts en ik wist pas daarna wat hij zoal deed. Hoe klein is de wereld en hoe mooi.

  • 10 November 2007 - 22:44

    Oom Michiel:

    voorspoed op het wankele pad van heling en zijn

  • 11 November 2007 - 12:46

    Nico:

    Je moet er de rust voor hebben en er echt voor gaan zitten om jullie enerverende verslagen te lezen. Ik probeer het naar ons hier te vertalen. Valt niet mee! Blijf maar dicht bij elkaar, zo ver weg.

  • 11 November 2007 - 20:05

    Broer Steef:

    Mooi om te lezen hoe jullie genieten van niks en gelijktijdig alles. Annapurna was voor mij tot op heden vooral de naam van een machine van de concurrent. Wat hen bracht om de naam van zulk een natuur monument te geven aan hun machine weet ik niet. Te overwinnen van die machine is mogelijk maar betwijfel of dat ook voor het monument in Nepal opgaat. Nogmaals: carpe diem ! Ik zie uit naar jullie volgende bijdrage en dan met name een van mijn liefste zus !

  • 13 November 2007 - 09:30

    Marloes L.:

    Een prachtig, ontroerend verhaal, Dick.
    Zo is het.

  • 14 November 2007 - 17:29

    Marijke Schanzleh:

    En weer waande ik me in het wonderschone land Nepal. Dank voor jullie verslag.

    Hennita, veel lieve groeten van mij. Mijn herinnering aan jouw schildercursussen werkt nog steeds als een warm bad en dan kom ik via Nepal jouw naam weer tegen!!Geweldig. Ben momenteel in Egypte en schilder aan een portret met veel plezier. Ik hoop dat het goed met je gaat en dat je ook in Nepal terecht zult komen. Marijke

  • 23 November 2007 - 09:36

    Jacquelien Van Galen:

    Wat een prachtige reisbrief.lieve Ellen en Dick, het is bijzonder om jullie reis zo mee te mogen maken. Ver weg en zo dichtbij. ik was vorig weekend in Parijs en daar waren veel rijke toeristen zoals ik en ook heel veel bedelaars. ik wist niet hoe ik me tot hen moest verhouden, zeker toen een groep onderling ruzie kreeg onder de Eiffeltoren. Dank voor je mooie verhaal hierover, Dick.
    Alle goeds en geniet van elke stap. Het helpt me om het hier ook te doen. Liefs.

  • 23 November 2007 - 14:16

    Gerard:

    Het verslag van jullie "piek"-ervaring werd voorafgegaan door twee weken stilte. Het is nu weer stil. Is dat de stilte voor de "dal"-ervaring ?
    Ik was in Vught, in ZIN: feestelijke bijeenkomst. Kon het niet laten te vragen: kennen jullie Dick Verstegen ? De eerste schudde van nee, de tweede (Vincent Simonis) keek verrast op en vroeg of er een site was. Heb hem eraan geholpen. Gisteren: confrontatie met iemand die bij ons aan de deur kwam voor geld.
    Ik stuurde hem weg. Hij was franstalig en ik hoorde hem toen hij wegging zacht zeggen: Merci. Het heeft me uren bezig gehouden. En ik lees en herlees wat je schreef Dick: het antwoord, het onverwachte antwoord uit de bergen. Dank je.
    Dag lieve Ellen en Dick.

  • 25 November 2007 - 14:57

    Marloes L.:

    Lieve Dick en Ellen, even ter informatie: maandagmiddag 17 december vindt de feestelijke boekpresentatie plaats van mijn boek Zho, in ZIN te Vught. Daaraan voorafgaand zullen oa Leo van Vegchel en Nico Sensei iets zeggen over het thema Waarnemen. Ik ben zeer dankbaar voor zo'n mooie dag en mochten jullie precies dan de reis onderbreken en in het land zijn, dan zijn jullie natuurlijk ook van Harte welkom.

  • 28 November 2007 - 07:35

    Desiree:

    alle zintuigen op scherp en dan zo intens ondergaan en genieten...mooi....

  • 03 December 2007 - 10:49

    David En Lobke:

    Lieve Ellen en Dick,
    Wat heerlijk om zo met jullie mee te mogen reizen. Zoals David net tegen me zegt: 'Ze zijn nog steeds on the road'.
    Peace&Love

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Dick & Ellen

We zijn weer in Nepal, dat ons intussen best vertrouwd is. Destijds, dat is inmiddels 6 jaar geleden zei Dick: We gaan er een jaar tussenuit. Ellen en ik. Sabbatical noemen ze dat. Ellen is al eerder in Nepal en India geweest en daar gaan we nu, om te beginnen, ook weer heen. We gingen toen met een bijzondere opdracht van het Boeddhistisch kwartaalblad Vorm en Leegte, waarvoor ik o.m. een column schrijf en met de Boeddhistische uitegverij Asoka, met Stichting Vajra en met mijn zencentrum Zazen Foundation. Ellen: Nu ik, zolang weg ga, wordt het extra voelbaar dat veel mensen me dierbaar zijn. Twintig jaar geleden schreef ik "rondzendbrieven", die mijn moeder copieerde en doorstuurde. Soms duurde het maanden voor ik antwoord kreeg. Dankzij dit medium lijkt de afstand naar jullie nu een stuk kleiner! Achteraf zijn Ellen en ik tussen 2007 en nu vier keer in Nepal geweest en hebben we ongeveer 80 dagen in de bergen gelopen. Dick heeft een boek geschreven dat 'De tocht van het hart' heet en dat zich voor een flink deel afspeelt in Nepal en India. EN; we zijn inmiddels getrouwd. Sinds 2011. Mijn zencentrum is nu gevestigd in Nijmegen waar we ook wonen. Zie www.zennijmegen.nl. En we hebben een fors waterproject opgezet in de Kaski-regio: de aanleg van een compleet waterleidingstelsel voor ca 14.00 mensen in drie dorpen op de heuvels boven Pokhara.

Actief sinds 21 Dec. 2006
Verslag gelezen: 697
Totaal aantal bezoekers 171650

Voorgaande reizen:

18 September 2007 - 01 April 2009

Onze huidige reis

Landen bezocht: